Printvriendelijk afdrukken

dinsdag 22 juli 2025

Verzoek aan het Internationaal Gerechtshof om een advies uit te brengen over de verplichtingen van staten onder internationaal recht met betrekking tot klimaatverandering

Bron

Hier is een uitvoerig, overzichtelijk en eenvoudig overzicht van de informatie uit de bron, in de vorm van vraag en antwoord:

Wat is dit document? Dit document is een ontwerp-resolutie (A/77/L.58) van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Het verzoekt het Internationaal Gerechtshof (ICJ) om een advies over de verplichtingen van staten met betrekking tot klimaatverandering.


Wie hebben deze adviesaanvraag ingediend? Deze aanvraag is ingediend door een groot aantal landen, waaronder:

  • Algerije, Andorra, Angola, Antigua en Barbuda, Australië, Oostenrijk, Azerbeidzjan, Bahama's, Bangladesh, Barbados, België, Belize, Bulgarije, Kaapverdië, Canada, Chili, Colombia, Costa Rica, Kroatië, Cyprus, Tsjechië, Denemarken, Djibouti, Dominicaanse Republiek, Eritrea, Estland, Fiji, Finland, Frankrijk, Gabon, Gambia, Georgië, Duitsland, Ghana, Griekenland, Guinee-Bissau.
  • Guyana, Hongarije, IJsland, Ierland, Italië, Jamaica, Kiribati, Letland, Libanon, Libië, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Madagaskar, Malediven, Malta, Marshalleilanden, Mauritanië, Mauritius, Mexico, Micronesia (Federated States of), Monaco, Montenegro, Marokko, Mozambique, Myanmar, Namibië, Nauru, Nepal, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noord-Macedonië, Noorwegen, Palau, Panama, Papoea-Nieuw-Guinea, Portugal, Republiek Moldavië, Roemenië, Rwanda, Saint Kitts en Nevis, Saint Lucia, Saint Vincent en de Grenadines, Samoa, Servië.
  • Seychellen, Sierra Leone, Singapore, Slowakije, Slovenië, Salomonseilanden, Spanje, Sri Lanka, Suriname, Zweden, Zwitserland, Timor-Leste, Togo, Tonga, Trinidad en Tobago, Tunesië, Tuvalu, Oeganda, Oekraïne, Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, Verenigde Republiek Tanzania, Vanuatu, Viet Nam en de Staat Palestina.

Waarom wordt er een advies gevraagd aan het Internationaal Gerechtshof over klimaatverandering? De Algemene Vergadering benadrukt de noodzaak van deze aanvraag om de volgende redenen:

  • Klimaatverandering is een ongekende uitdaging van civilisationele proporties, die een onmiddellijke en dringende reactie vereist voor het welzijn van huidige en toekomstige generaties.
  • Er is een aanzienlijke kloof tussen de huidige nationale bijdragen (NDCs) van staten en de emissiereducties die nodig zijn om de wereldwijde temperatuurstijging ruim onder de 2 graden Celsius (en strevend naar 1,5 graden Celsius) boven pre-industriële niveaus te houden.
  • De uitstoot van broeikasgassen blijft stijgen, en alle landen zijn kwetsbaar voor de nadelige effecten van klimaatverandering. Met name ontwikkelingslanden, minst ontwikkelde landen en kleine eilandstaten ervaren nu al toenemende effecten.
  • Deze nadelige effecten omvatten aanhoudende droogte, extreme weersomstandigheden, landverlies, zeespiegelstijging, kusterosie, oceaanverzuring en het terugtrekken van gletsjers, wat leidt tot verplaatsing van personen en bedreiging van voedselzekerheid, watervoorziening en levensonderhoud.
  • Er is een wetenschappelijke consensus dat menselijke uitstoot van broeikasgassen de dominante oorzaak is van de opwarming van de aarde en dat de meest kwetsbare mensen en systemen onevenredig worden getroffen.
  • De urgentie om actie en ondersteuning op te schalen, inclusief financiering, capaciteitsopbouw en technologieoverdracht, is groot om adaptief vermogen te vergroten en om verlies en schade aan te pakken, vooral in kwetsbare ontwikkelingslanden.
  • Er is bezorgdheid dat het doel van ontwikkelde landen om jaarlijks USD 100 miljard te mobiliseren tegen 2020 nog niet is gehaald.

Welke specifieke vragen worden aan het Internationaal Gerechtshof gesteld? Het Hof wordt gevraagd om een advies over de volgende vragen, met bijzondere aandacht voor diverse internationale verdragen en beginselen:

  • (a) Wat zijn de verplichtingen van staten onder internationaal recht om het klimaatsysteem en andere delen van het milieu te beschermen tegen antropogene emissies van broeikasgassen voor staten en voor huidige en toekomstige generaties?
  • (b) Wat zijn de juridische gevolgen onder deze verplichtingen voor staten wanneer zij, door hun handelingen en nalatigheden, aanzienlijke schade hebben veroorzaakt aan het klimaatsysteem en andere delen van het milieu, met betrekking tot:
    • (i) Staten, waaronder met name kleine eilandstaten, die, vanwege hun geografische omstandigheden en ontwikkelingsniveau, getroffen of bijzonder beïnvloed zijn door of bijzonder kwetsbaar zijn voor de nadelige effecten van klimaatverandering?
    • (ii) Volkeren en individuen van de huidige en toekomstige generaties die getroffen zijn door de nadelige effecten van klimaatverandering?

Welke juridische instrumenten en beginselen zijn relevant voor deze vragen? Het Internationaal Gerechtshof wordt specifiek verzocht rekening te houden met:

  • Het Handvest van de Verenigde Naties.
  • Het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten.
  • Het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten.
  • Het Kaderverdrag van de Verenigde Naties inzake Klimaatverandering.
  • Het Akkoord van Parijs.
  • Het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het Recht van de Zee.
  • De zorgvuldigheidsplicht (duty of due diligence).
  • De rechten erkend in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.
  • Het beginsel van preventie van aanzienlijke schade aan het milieu.
  • De plicht om het mariene milieu te beschermen en te behouden.

Daarnaast worden in de aanvraag ook andere relevante instrumenten en beginselen genoemd als achtergrond voor de urgentie van de kwestie, zoals de resoluties van de Algemene Vergadering over de bescherming van het wereldwijde klimaat en het mensenrecht op een schoon, gezond en duurzaam milieu, en het beginsel van gemeenschappelijke maar gedifferentieerde verantwoordelijkheden en respectieve capaciteiten.